Binnen AZ Delta verloopt het preoperatieve traject vandaag al merkbaar efficiënter dan vroeger. In 2021 werd de digitalisering van het traject opgestart en intussen zorgt het Zorgcontact ook voor administratieve ondersteuning. “Voor veel patiënten is een operatie een ingrijpende stap. Het is een stuk controle loslaten”, zegt Maaike Valcke, diensthoofd Zorgcontact. “Onze ambitie is dan ook heel duidelijk: we willen dat elke patiënt een veilig, vlot en afgestemd preoperatief traject doorloopt. Dat doen we in nauwe samenwerking met de dienst voorbereiding opname (DVO) én de eerstelijnszorg. Naast de digitalisering is die samenwerking essentieel om preoperatieve dossiers sneller, vollediger en zorgvuldiger te kunnen voorbereiden.”

 

PATIËNTEN CENTRAAL ALS UITGANGSPUNT

Op campus Torhout start op 27 oktober een pilootproject dat de integratie nog verder doortrekt. “Waar Zorgcontact en DVO nu nog twee aparte entiteiten zijn, willen we alles op één plek centraliseren”, legt Maaike Valcke uit. “Een centrale dienst dus waar de patiënt terechtkan voor de consultatie voor de operatie, bloedafnames of ECG’s en alle nodige informatie krijgt. Eén vlot lopend traject, volledig afgestemd op de patiënt.”

 

Dat heeft alleen maar voordelen: patiënten hoeven zich minder te verplaatsen, worden sneller opgevolgd en krijgen één duidelijk aanspreekpunt. “We kiezen resoluut om de patiënt centraal te zetten en zorgen ervoor dat alle preoperatieve info tijdig en volledig beschikbaar is, zodat opname en ingreep veilig en efficiënt kunnen verlopen. Een compleet en actueel preoperatief dossier is essentieel om patiënten de beste zorg voor een operatie te kunnen bieden. Doordat alles op één plek samenkomt, kunnen we sneller schakelen en krijgen patiënten gerichte informatie op het juiste moment.”

​

DUIDELIJKE ROL VOOR DE HUISARTS

Een belangrijk aandachtspunt in het nieuwe traject is de rol van de huisarts. “De eerstelijn blijft een cruciale partner in het preoperatieve traject”, zegt Maaike Valcke. “De huisarts kent de medische voorgeschiedenis van de patiënt en is vaak het eerste aanspreekpunt bij medische vragen of ongerustheid. Die vertrouwensband willen we absoluut behouden en ondersteunen.” Hoewel het preoperatieve traject centraler wordt georganiseerd, blijft de samenwerking met de huisarts essentieel voor het slagen van dit model.

 

“Daarom blijven we ook evalueren. We merken bijvoorbeeld dat de communicatie nog gerichter kan”, duidt Maaike Valcke. “Een huisarts krijgt nu vaak een algemene brief, zonder details over het type ingreep. Daardoor kan het minder duidelijk zijn wat precies van hem of haar wordt verwacht. Daar werken we aan: een snellere en gerichtere terugkoppeling via e-forms is in volle ontwikkeling.”

​

MEDISCHE TOETSSTEEN

Ook anesthesisten dr. Melanie Dekeyser en dr. Mieke Maeckelberghe zijn actief betrokken bij de uitrol van het pilootproject. “Ze zijn een belangrijk klankbord en voeren de medische eindcontrole uit. Hun rol als toetssteen is cruciaal om de veiligheid van het volledige traject te garanderen”, benadrukt Maaike. “Door alle informatie vooraf en gecentraliseerd te verzamelen, kan het preoperatieve dossier sneller én vollediger worden beoordeeld. Dat verhoogt de patiëntveiligheid aanzienlijk. Een bijkomend consult bij de anesthesist blijft uiteraard altijd mogelijk, op vraag van de chirurg, huisarts of patiënt.”