PORTFOLIO VOOR ELKE ZORGVERLENER
Op 1 juli 2022 is de wet inzake kwaliteitsvolle praktijkvoering in de gezondheidszorg – de Kwaliteitswet[1]- in werking getreden. De wet beoogt de invoering van een coherent kader met eisen voor kwaliteitsvolle en veilige verstrekkingen. Deze vereisten zijn van toepassing op elke gezondheidszorgbeoefenaar die in België gezondheidszorg verstrekt aan een patiënt en dit ongeacht of de verstrekking van therapeutische, diagnostische of specialistische aard is en ongeacht of de verstrekking wordt terugbetaald.
PORTFOLIO VOOR ELKE ZORGVERLENER
Op 1 juli 2022 is de wet inzake kwaliteitsvolle praktijkvoering in de gezondheidszorg – de Kwaliteitswet[1]- in werking getreden. De wet beoogt de invoering van een coherent kader met eisen voor kwaliteitsvolle en veilige verstrekkingen. Deze vereisten zijn van toepassing op elke gezondheidszorgbeoefenaar die in België gezondheidszorg verstrekt aan een patiënt en dit ongeacht of de verstrekking van therapeutische, diagnostische of specialistische aard is en ongeacht of de verstrekking wordt terugbetaald.
Het recht op een kwaliteitsvolle gezondheidszorg werd al in 2002 in de Wet Patiëntenrechten opgenomen. Het doel van de Kwaliteitswet is om dit patiëntenrecht, namelijk het recht op kwaliteitsvolle gezondheidszorg, te concretiseren met praktisch toepasbare regels. Hierbij worden concrete kwaliteits- en veiligheidseisen vooropgesteld die door de gezondheidszorgbeoefenaar moeten worden nageleefd. Zo bepaalt artikel 8 van de Kwaliteitswet dat een gezondheidszorgbeoefenaar enkel gezondheidszorg kan verstrekken waarvoor hij over de nodige aantoonbare bekwaamheid en ervaring beschikt. Deze aantoonbare bekwaamheid en ervaring moet blijken uit een portfolio dat de gezondheidszorgbeoefenaar moet bijhouden, bij voorkeur in elektronische vorm. Met de introductie van het portfolio heeft de wetgever de permanente vorming ingevoerd als een vereiste voor kwaliteitsvolle gezondheidszorg voor elke beroepsbeoefenaar. Het lijkt de evidentie zelf dat we op die manier met patiënten in contact treden. Toch hebben we een transitie meegemaakt in de geneeskunde waarbij er meer aandacht kwam voor het technologische aspect. Dat is uiteraard goed maar die focus dreigt de menselijke relatie meer naar achter te schuiven. Nu komen we op een punt waarop we de balans zoeken tussen technische geneeskunde en warme zorg.” VORM De wetgever stipuleert weinig over de inhoud en de vorm van het portfolio. Artikel 8 van de Kwaliteitswet stelt echter wel dat het portfolio ‘bij voorkeur in elektronische vorm’ wordt bijgehouden maar over de inhoud van het portfolio bestaat onduidelijkheid. Op basis van de memorie van toelichting bij de wet, kunnen we stellen dat de inhoud van het portfolio een combinatie is van enerzijds de stukken die door de overheid worden bijgehouden (visum, erkenning, diploma, inschrijving bij de Orde) maar eveneens zelf door de gezondheidszorgbeoefenaar in zijn portfolio moeten worden opgenomen. Anderzijds betreft het aanvullende gegevens die de gezondheidszorgbeoefenaar zelf noodzakelijk acht om toe te voegen aan het portfolio als bewijs van zijn bekwaamheid en ervaring (cursussen, workshops, attesten, accreditatie, lidmaatschap wetenschappelijke vereniging, wetenschappelijke publicaties, conferenties, onderwijsopdrachten..)² De enige wettelijk verankerde verwijzing naar de inhoud van het portfolio is opgenomen in artikel 21 van de wet, dat stelt dat deelname aan georganiseerde permanentie binnen een beroepsgroep moet worden vermeld in het portfolio. “Het portfolio doet geen afbreuk aan de bestaande systemen van kwaliteitsevaluatie.” Voor het overige laat de wetgever de volledige verantwoordelijkheid over aan de gezondheidszorgbeoefenaar om zelf zijn portfolio voldoende te staven, om zijn bekwaamheid en ervaring aan te tonen. De wetgever vertrouwt als het ware een vorm van zelfregulering toe aan de gezondheidszorgbeoefenaars.
CONTROLE Ook het beheer van het portfolio komt aan de gezondheidszorgbeoefenaar zelf toe. Met uitzondering van de inspecteurs van de Toezichtscommissie[3]die krachtens de wet een portfolio kunnen opvragen, bepaalt de gezondheidszorgbeoefenaar zelf wie zijn/haar individueel portfolio mag inkijken.
Levenslang leren en bijscholen is een opdracht van alle beroepsbeoefenaars om patiënten de best mogelijke kwaliteitsvolle zorg te verzekeren. Met het oog op het blijvend bewaken van kwaliteit is het aangewezen dat een zorgvoorziening, artsenassociatie en/of groep van multidisciplinaire zorgberoepsbeoefenaars kan vragen een portfolio voor te leggen op geregelde tijdstippen. Dit wordt best ook juridisch gebetonneerd in de overeenkomst, rechtsregeling of dienstreglement. Inzage in een deel of de hele portfolio kan van belang zijn om gemotiveerd de ‘privileges’ d.i. taken en capaciteiten aan een beroepsbeoefenaar, waar men mee samenwerkt, toe te kennen dan wel te ontzeggen. “Met het portfolio heeft de wetgever de permanente vorming ingevoerd als een vereiste voor kwaliteitsvolle gezondheidszorg.” BESTAANDE ACCREDITERING Het portfolio doet geen afbreuk aan de bestaande systemen van kwaliteitsevaluatie. Er wordt door het verplicht bijhouden van een portfolio als nieuwe kwaliteitsvereiste niet geraakt aan de bestaande bepalingen van accreditering. De FOD Volksgezondheid zal in samenwerking met het RIZIV een portaal[4]opzetten dat toegankelijk is voor de gezondheidszorgbeoefenaar, met de gegevens van de overheid over de individuele gezondheidszorgbeoefenaar. Die gegevens kunnen worden gedownload. Het individuele portfolio van elke gezondheidszorgbeoefenaar kan er ook worden geüpload. Dat laatste vormt echter geen verplichting. Het voornaamste doel van de wetgever is om in een wettelijk kader te voorzien waarbinnen voldoende kwaliteitsgaranties kunnen worden geboden opdat de zorgverlener enkel zorg zou aanbieden waarvoor hij feitelijk bekwaam is. [1] De Wet van 22 april 2019 inzake de kwaliteitsvolle praktijkvoering in de gezondheidszorg, B.S. 14 mei 2019; De Kwaliteitswet, Antwerpen, Intersentia, 2020, 31-34 http://www.ejustice.just.fgov.be/eli/wet/2019/04/22/2019041141/justel [2] De Arts-Specialist, “Portfolio van artsen-specialisten: Aanbevelingen van het VBS”, nr. 2, juni 2022 https://www.vlaamsartsensyndicaat.be/sites/default/files/vbs_nr2_juni2022.pdf [3] Federale Commissie voor toezicht op de praktijkvoering in de gezondheidszorg = Toezichtscommissie en treedt op ter vervanging van de Provinciale Geneeskundige Commissie [4] Verklaring van 28 oktober 2021 van minister F. Vandenbroucke in de Kamer (DOC. 2294/003, p. 42).
MEER INFO Aline Acx Juridisch adviseur AZ Delta 051 23 76 39 aline.acx@azdelta.be Auteur: Aline Acx Foto: Eric de Mildt